Duistere kant van ziekenhuisdirecteur: boekverbod geëist

Het spoor leidt naar Friesland. Van Willem Holleeder, Willem Endstra, Anita Schuts, Jonathan Tobing naar Ruud Beijers, de Heerenveense ziekenhuisdirecteur die geld van zijn gehandicapte tante verduisterde.

Door Bert de Jong

Alle ingrediënten zijn aanwezig voor een spannend boek. Afpersing, oplichting, witwassen, een weduwe, decadente feesten en partijen en duistere praktijken met onroerend goed. En nog ingrijpender, verduistering op de verjaardag van de moeder of het  wegsluizen van geld van een rijke verstandelijk gehandicapte tante.

Michiel Princen was vijftien jaar lang onderzoeksjournalist voor De Telegraaf. In 2004 stapte hij over naar de Amsterdamse financiële recherche. Hij was koud ingewerkt of vastgoedondernemer en witwasfenomeen Willem Endstra werd voor zijn kantoor vermoord.

Princen mocht vol aan de slag in het team dat op deze zaak werd gezet. Toen al werd crimineel Willem Holleeder verdacht van betrokkenheid bij deze liquidatie. Princen volgde echter een ander spoor en dat bracht hem in Friesland.

Het was het verhaal van Anita Schuts, de weduwe van Endstra. Deze vrouw, die genoot van pracht en praal, in Amsterdam een damesmodezaak had in de luxe PC Hooftstraat, was naar eigen zeggen in een rollercoaster terechtgekomen.

Het was Jonathan Tobing in wie ze een een houvast vond. Of liever, hij had zich aan haar opgedrongen, als advocaat, als belangenbehartiger, als boekhouder. Schuts noemde hem ,,mijn raadsman’’. De rechtbank typeerde hem in 2009 als een ,,pathologische leugenaar''. Hij kreeg een gevangenisstraf van 3,5 jaar wegens oplichting, verduistering, valsheid in geschrifte en witwassen. Tobing maakte Schuts zeven ton lichter en durfde ook zijn eigen moeder, zijn zus en een alleenstaande moeder met bijstandsuitkering op te lichten. Zo harkte hij € 1,1 miljoen bijelkaar.

'Fantast, rasoplichter, een levende trukendoos'

Op Gooise feestjes lukte het Tobing ook om zich bij bekende tv-sterren in de kijker te spelen als raadsman. Maar Tobing had helemaal geen titel als meester in de rechten. Princen beschrijft hem als ,,een fantast, een rasoplichter, een levende trukendoos, alles, maar geen advocaat'’.

De weduwe Endstra had Tobing in de arm genomen om erfeniszaken te regelen. De afhandeling daarvan had heel wat voeten in aarde. Schuts, die zelf in het Amsterdamse milieu bekend staat als golddigger, maakte de kapitale fout veel van haar zaken aan Tobing over te laten.

Die wist van die vrijheid handig gebruik te maken. Princen beschrijft hoe hij de verschuldigde huur voor de winkel van Schuts incasseerde door de betalingen naar een derdenrekening over te maken in plaats van naar vastgoedvennootschap Exordium Properties van Willem Endstra’s broer Haico. De huurschuld liep op, met ontruiming als gevolg.

Schuts vertelde eind 2007 aan de rechercheurs dat ze samen met Endstra’s oude zakenpartner Klaas Hummel de confrontatie was aangegaan met Jonathan Tobing in aanwezigheid van zijn levenspartner Ruud Beijers. In een emotionele en openhartige bui had Tobing toegegeven dat de derdenrekening de eigen privérekening was. Dat al die tonnen aan euro’s waren opgemaakt en dat hij er luxueus van had geleefd. In zeven maanden tijd had Tobing en Beijers 57 internationale vluchten gemaakt met KLM. Geregeld op zaterdag naar New York en de dag erna weer naar huis. Na die bekentenis was van Tobing geen spoor meer te bekennen.

Bij zijn bejaarde moeder kwam hij nog wel langs. Hij ontfutselde haar de spaarcenten. De bewuste afschriften ontbraken in haar bankmap, maar in drie keer had hij €39.000 van haar bankrekening afgeschreven. De eerste keer was op 9 augustus 2007, de dag van haar verjaardag. De laatste in januari 2008. Princen deed zichzelf een belofte: ik zal deze schoft vinden.

Ruud Beijers? Ja, deze Ruud Beijers is in Friesland een bekende naam. Hij was op 1 mei 2007 begonnen als de nieuwe directeur van ziekenhuis De Tjongerschans in Heerenveen. Maar al snel kreeg hij ook de problemen van zijn levenspartner op zijn schouders. Het zou uiteindelijk het einde van zijn carrière bij het ziekenhuis betekenen.

Princen geeft een mooi inzicht hoe Beijers ontzet raakte door wat Tobing had aangericht. Uit het eerste verhoor dat Princen met Beijers had tekent hij het volgende citaat van hem op; ,,Het past bij het gedrag van een psychopaat die zijn eigen waarheid construeert en niet doorheeft dat ooit zal blijken dat zoiets een facade blijkt. Ik denk dat mijn hele leven met die man op luchtkastelen is gebaseerd.’’

,,Ik moest Tobing vinden en aanhouden. Niet door af te wachten, maar door actief te gaan jagen’’, verklaart Princen. ,,Notoire oplichters verwisselen net zo gemakkelijk hun identiteit en woonplaats als ‘normale’ mensen hun beddengoed.''

,,Beijers zou ons vroeg of laat naar Tobing brengen, daar was ik van overtuigd’’, zegt Princen. Een team rechercheurs zette daarom op een vrijdagmiddag in het voorjaar van 2008 koers naar Friesland. De beschrijving in het boek De Gekooide Recherche is beeldend: ,,In vijf auto’s achter elkaar ging het vanaf het hoofdbureau met toeters en bellen de stad uit, galmend dwars door de vroege avondspits door de overvolle Coentunnel, door de kop van Noord-Holland, over de Afsluitdijk. 

Achtervolging over Friese platteland

Bij het ziekenhuis De Tjongerschans in Heerenveen begon de achtervolging van Beijers over het Friese platteland. Zijn mobiele telefoon had hij na werktijd uitgeschakeld, om niet traceerbaar te zijn. Zonder het zelf in de gaten te hebben leidde hij toch het spoor naar Tobing die al maanden op de vlucht was, maar zich veilig waande in Friesland op steeds wisselende plaatsen.

Tien bewapende politiemensen stonden op het pad naar de voordeur van het vakantiehuisje op vakantiepark It Wiid in Earnewâld. Er werd aangebeld en de lange gestalte van ziekenhuisdirecteur Beijers verscheen in de deuropening: ,,Meneer Princen, wat doet ú nou hier?’'

Ook de rol van Beijers kreeg een heel ander aanzien. Het was namelijk Beijers die op 14 januari 2008 werd benoemd tot curator van zijn hoogbejaarde en zwaar verstandelijk gehandicapte tante. Beijers verduisterde in juli 2008 een bedrag van €120.000 van zijn tante. Hijzelf noemde het later ‘lenen’.

Maar dat was omdat Beijers’ broer in Zuid-Afrika in september 2009 aangifte deed van verduistering. De ziekenhuisdirecteur was in problemen gekomen door een boete van €100.000 vanwege de aankoop van een riant huis in Amsterdam. Princen concludeert dat hij daarmee alles, zijn baan, zijn carrière, zijn reputatie in de waagschaal legde.

Begin november 2009 moet Beijers zich verantwoorden voor verduistering van geld van zijn tante. Vanaf dat moment was ook de raad van toezicht van ziekenhuis De Tjongerschans alert. De maat was vol.

Het vertrouwen in Beijers raakte verloren. De opeenstapeling van belastende feiten als witwassen, verduistering en het verborgen houden van zijn gezochte partner Jonathan Tobing was al veel. Toen Beijers begin 2010 de onder elektronisch toezicht staande Tobing tijdens diens proefverlof weer onderdak gaf in zijn huis in IJlst, was het de druppel. Het ziekenhuis besloot om Beijers op non-actief te stellen.

De ontslagaanvraag bij de kantonrechter mislukte echter, tot ontsteltenis van de raad van toezicht van De Tjongerschans. Het besluit tot ontslag zou te overhaast zijn genomen.

Een gewichtige vertrouwenscommissie onderzocht daarna of een terugkeer van Beijers mogelijk was. De positie van de directeur werd echter als onhoudbaar beoordeeld. Beijers wees het rapport en de conclusies af.

Geld maakt voor Beijers alles week. Op 8 september 2010 tekende hij een akkoord over een vertrekregeling. De ziekenhuisdirecteur kreeg €350.000 mee, plus €60.000 vergoeding van de advocaatkosten.

Het geld van de afkoopsom heeft hij lange tijd niet gezien. Het openbaar ministerie liet in 2010 onmiddellijk beslag leggen, in een poging nog geld van hem terug te krijgen als compensatie voor hetgeen hij eerder had verduisterd.

Aan het eind van 2010 kwam voor Beijers het voorlopig slotstuk. De rechtbank acht hem schuldig aan het verduisteren van €120.000 van zijn tante en aan het verborgen houden van de voortvluchtige Tobing. Drie maanden voorwaardelijke celstraf, was het oordeel van de rechtbank.

Maar de hoofdaanklacht, het witwassen van crimineel geld, daar werd hij van vrijgesproken. Hoger beroep werd daarom onmiddellijk aangetekend door het openbaar ministerie.

In hoger beroep toch veroordeeld voor witwassen

Pas vorig jaar diende de zaak bij het gerechtshof. Er was winst en verlies: meer schuld, maar minder straf. De rechters veroordeelden Beijers op 23 oktober 2014 wél voor witwassen van crimineel geld. Het hof meende dat Beijers moest hebben geweten hoe Tobing aan zijn geld kwam.

Maar hij kreeg wel een lagere straf, omdat er te veel tijd had gezeten tussen de aanhouding en de berechting. Een gevolg van de vertragingstactiek die hij zelf al die jaren opvoerde. Nu kreeg de ziekenhuisdirecteur een taakstraf van 240 uur en een geldboete van €50.000.

In het boek De Gekooide Recherche getuigt Michiel Princen van zijn frustratie over de kansen om een simpel ogende strafrechtzaak tot een afdoende afronding te laten komen. Als financieel rechercheur zag hij ,,hoe ongelooflijk veel energie het kost om in zelfs zo’n eenvoudige zaak de verdachten voor de rechter te krijgen'’.

Nu is Princen weer schrijver. Na tien jaar recherchewerk stopte hij. Om afstand te nemen en daarna op te schrijven wat er mis is met het Nederlandse opsporingsapparaat en rechtsbestel. Zijn conclusie: ,,Tegen de verschroeiende en soms dubieuze uitputtings- en sabotagetactieken van de verdediging is de strafrechtketen volstrekt onvoldoende bestand’'.